|
Alle regels om medewerkers fiscaal-vriendelijk ‘vergoedingen en verstrekkingen’ te geven, zijn op 1 januari 2015 beëindigd. Daarvoor in de plaats is toen één regeling gekomen: de werkkostenregeling.
Kort door de bocht betekende dit aardig wat veranderingen in het fiscaal belasten van loon. Vooral veranderingen met betrekking tot de afspraken en regelingen over alles wat de werkgever aan de werknemer wil geven wat niet op de salarisstrook staat vermeld (en in sommige gevallen zelfs wat er op de salarisstrook staat).
Inmiddels hebben werkgevers enkele jaren ervaring met deze regeling. Maar sinds 1 januari 2020 is er een aantal veranderingen doorgevoerd in de WKR. Zo is de vrije ruimte (percentage van de totale fiscale loonsom dat gebruikt mag worden voor onbelaste vergoedingen aan medewerkers) verruimd en is er een nieuwe regeling voor Verklaringen Omtrent Gedrag.
Loon is alles wat de werknemer krijgt van de werkgever. En over loon is loonheffing verschuldigd. Niet alleen over het brutoloon, maar denk ook aan zaken als kantinekosten, parkeerkosten, kerstpakketten en een fiets van de zaak.
Daarnaast zijn er vergoedingen waarover geen belasting hoeft te worden betaald. Deze zijn vastgelegd in de zogenoemde intermediaire vergoedingen, nihilwaarderingen, gerichte vrijstellingen en de vrije ruimte.
Om hier gebruik van te maken en te weten wat de mogelijkheden zijn, moet je als werkgever dus weten wat hierover in de werkkostenregeling is vastgelegd.
Hoe zit het nou precies met intermediaire vergoedingen, nihilwaarderingen, gerichte vrijstellingen en de vrije ruimte? En wat is er in 2020 eigenlijk veranderd? Download het handige eBook, geschreven door mr. Karen Maessen en mr.drs. Stefan Jansen, en lees er meer over.